Prioriteiten
In het UP 2022 zijn 3 onderwerpen aangemerkt als prioriteit. Op prioriteiten wordt extra ingezet in de VTH-uitvoering. In dit hoofdstuk zijn deze kort benoemd en wordt toegelicht hoe hier invulling aan is gegeven in 2022.
Voorbereiden op en werken volgens de Omgevingswet
Op 1 januari 2024 treedt de Omgevingswet (Ow) in werking. VVHH en de omgevingsdiensten werkten in 2022 verder aan de voorbereidingen van de Ow.
De vergunningverleners van VVHH zijn erg betrokken en helpen mee om te gaan werken volgens de nieuwe werkprocessen. De Ow gaat hierdoor steeds meer leven. De teams van VVHH hebben leermodules gevolgd. Er zijn interbestuurlijke afspraken gemaakt over onze werkprocessen, zoals termijnen, communicatie en evaluatie. Over andere zaken zoals het vooroverleg, meervoudige aanvragen en omgevingstafels zijn gesprekken gevoerd die doorlopen in 2023. Op dit moment wordt ons registratiesysteem aangepast aan de eisen van de Ow.
ODRA en ODRN hebben in 2022 onder andere de volgende acties die gericht zijn op complexe bedrijven uitgevoerd:
- De producten- en dienstencatalogus (PDC) is aangepast naar de uitvoering onder de Ow.
- De mandaatregeling is opgemaakt.
- De legesverordening is opgesteld en langs Gedeputeerde Staten gegaan.
- Het proces VBI (verkennen en begeleiden initiatief, inclusief de Omgevingstafel) is bepaald.
- Werkafspraken met ketenpartners (waterbeheerders, veiligheidsregio’s, rijkspartijen enzovoort) zijn in de maak. De afspraken en overdracht van informatie naar aanleiding van het project ‘verschuiving bevoegd gezag’ zijn uitgewerkt.
- Het project VINM (Van Inrichting Naar Milieu Belastende Activiteit) is uitgevoerd om grip te krijgen op de nieuwe wettelijke situatie bij complexe bedrijven. Dit project wordt in 2023 afgerond.
Bij het project VINM hebben medewerkers van ODRN en ODRA ervaring opgedaan met de nieuwe wet en zijn de effecten bij complexe bedrijven in beeld gebracht. Met behulp van onder andere het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal), de bruidsschat en het overgangsrecht is gezamenlijk bepaald hoe de huidige vergunningvoorschriften en algemene regels landen onder de Ow. Een groot deel van de bevoegdheden onder de Ow ligt bij gemeenten. De bevoegdheid van de provincie is afhankelijk van de activiteiten die het bedrijf uitvoert. Uit het project VINM is gebleken dat in een beperkt aantal gevallen binnen één bedrijf straks zowel de provincie als de gemeente het bevoegd gezag kan zijn. Naast dat regels zijn opgenomen in landelijke wetgeving, zoals het Bal, zijn straks ook (milieu)regels opgenomen in het omgevingsplan. Deze verandering vraagt om samenwerking met gemeenten en/of de lokale omgevingsdienst.
Deze veranderingen kosten ook tijd. Naast het goed inregelen van de processen en ervaring opdoen, is monitoring, evaluatie en het eventueel bijsturen van belang voor een succesvolle invoering van de Omgevingswet.
De achterstand bij vergunningverlening Wnb wegwerken
Mede door de in paragraaf 4.1 omschreven stikstofproblematiek, kampte VVHH met een grote werkvoorraad voor vergunning- en ontheffingsaanvragen op grond van de Wet natuurbescherming (Wnb).
Om de werkvoorraad beheersbaar te maken en daardoor wettelijke beslistermijnen te halen, is geïnvesteerd in (tijdelijk extra) personeel, teamontwikkeling en verbetering van werkprocessen (inclusief automatisering). De werkvoorraad is opgeknipt en toebedeeld aan kleinere (product)teams van vergunningverleners, die de werkvoorraad zoveel mogelijk in clusters wegwerken. De teams maken hun werkvoorraad en voortgang doorlopend inzichtelijk met dashboards, signaleren knelpunten voor besluitvorming en brengen (waar mogelijk) handelingsperspectief aan om een besluit te nemen.
Het totale aantal openstaande aanvragen (vergunningen, ontheffingen en VVGB’s) lag al zeker vanaf medio 2020 rond de 1000. Dit aantal lag begin januari 2022 op 722 en eind december 2022 op 602. In 2022 zijn 632 nieuwe aanvragen ontvangen en 752 besluiten genomen.
Hoewel de totale werkvoorraad hiermee in omvang is afgenomen, stagneert deze afname en loopt de werkvoorraad sinds oktober 2022 op. Lopende de aanpak van de werkvoorraad, worden de aanvragen steeds complexer (er is al even geen ‘laaghangend fruit’meer). Dit komt mede door de toenemende aandacht voor natuur (stikstof én soorten) en tegengestelde belangen met bijvoorbeeld landbouw, wonen, energietransitie en economie. En het op onderdelen ontbreken van beleidskaders. Daarnaast is de arbeidsmarkt krap. Goede vergunningverleners zijn schaars.
Sinds de uitspraken inzake de PAS van 2019, vormt de jurisprudentie met betrekking tot stikstof zich in een sneltreinvaart. Voor alle aanvragen rondom stikstof –en agrarische aanvragen in het bijzonder – betekent dit dat voortdurend wordt gezocht naar het handelingsperspectief voor het nemen van besluiten.
Bij de aanvragen rondom soortbescherming wordt voortdurend gezocht naar een goede balans tussen bescherming van soorten en diepgang (en daarmee benodigde tijd) voor het nemen van een besluit. Ook het inwerken van nieuwe medewerkers vraagt hier tijd.
Bovenstaande omstandigheden en ontwikkelingen trekken een zware wissel op de organisatie.
Verbeterslag taakuitvoering
In 2022 is gewerkt aan het verbeteren van de VTH-uitvoering.
Samen Sterk
Met het Programma Samen Sterk is de samenwerking tussen VVHH, ODRA, ODRN en het opdrachtgeversteam VTH (OT-VTH) de afgelopen jaren versterkt. Ook is de VTH-uitvoering verschoven van reactief naar proactief en meer voorspelbaar geworden, waardoor mogelijke knelpunten eerder worden gesignaleerd.
Programma Complexe Vergunningverlening
Het deelprogramma Complexe Vergunningverlening is ingevoerd om meer focus en sturing aan te brengen op de vergunningverlening (Wabo en Wnb) bij provinciale bedrijven. De focus is gericht op een adequate vergunningverlening. Hieronder wordt verstaan vergunningen die tot stand zijn gekomen in één werkproces met een integrale beoordeling, waarin de actuele wet- en regelgeving is verwerkt en die handhaafbaar zijn. Onderdeel daarvan is een integrale werkwijze bij samenloop van Wabo- en Wnb-vergunningaanvragen. Dit schept structurele voorwaarden voor een houdbare, duurzame aanpak. Tegelijkertijd is ook ingezet op het wegwerken van achterstanden van niet actuele vergunningen.
Programma Complexe Handhaving
Toezicht en handhaving bij complexe (provinciale) bedrijven vraagt om een professionele aanpak bij de bedrijven met gekwalificeerde medewerkers. Vanaf 2020 hebben we de verantwoordelijkheid voor toezicht en handhaving complexe bedrijven (niet-Brzo) bij ODRA belegd en is het Programma Complexe Handhaving gestart. Zo willen we de kwaliteit van de uitvoering, de informatievoorziening en de efficiëntie verbeteren. Ervaren toezichthouders van de Gelderse omgevingsdiensten houden toezicht. Juristen en specialisten binnen ODRA leveren een bijdrage aan het programma om te komen tot een goede uitvoering van de toezicht- en handhavingstaken. In het uitvoeringsprogramma en het werkprogramma 2022 zijn de doelen, prioriteiten en activiteiten verder uitgewerkt.
Programma Aandachtsbedrijven
Bij aandachtsbedrijvengaat het om bedrijven met complexe (meervoudige) problematiek, die niet binnen de reguliere uitvoering van VTH-taken kan worden opgelost. Vaak gaat het om een combinatie van omgevingsveiligheid, ruimtelijke problematiek en een actieve omgeving. Op het totaal van de provinciale bedrijven (ongeveer 230) gaat het om een beperkt aantal (ongeveer 8%) dat via deze aanpak wordt aangepakt. Het programma startte in 2021 en wordt geleid door ODRA. We pakken de aandachtsbedrijven op via een programmatische aanpak door projectgroepen te vormen met de verschillende betrokken uitvoerders en specialisten van ODRN, ODRA en VVHH. Hiervoor is een pool van 5 projectleiders beschikbaar. Het programma heeft 2 hoofddoelen:
- aandachtsbedrijven terug naar het regulier proces brengen
- geen voorkombare problematiek en bestuurlijke zorgen over (aandachts)bedrijven
Verbeteren van de beleidscyclus
Sinds 2018 wordt gewerkt aan het verbeteren van de beleidscyclus, de BIG-8 (zie figuur 22 in bijlage 2). In 2022 zijn we gestart met het versterken van de verbinding tussen de 3 uitvoerende partijen en de provinciale beleidsprogramma’s. Er worden gesprekken gevoerd tussen beleid en uitvoering die nodig zijn om de beleidscyclus daadwerkelijk te sluiten. Er is meer sturing nodig vanuit de beleidsprogramma’s zodat in de uitvoering invulling kan worden gegeven aan de provinciale doelstellingen. Ook zijn er mogelijkheden voor beleidsprogramma’s om de inzet van het VTH-instrumentarium beter te laten aansluiten bij de inzet van andere instrumenten. Onderdeel van de beleidscyclus is het doorlopen van de verschillende jaarstukken. In Uitvoeringsprogramma (UP) 2022 was als doel gesteld de Uitvoerings- en Handhavingsstrategie (voorheen het VTH-beleid) te actualiseren. Deze actualisatie is verschoven naar 2023. Een ander doel was om het UP 2023 eerder in 2022 (vanaf januari) op te stellen. Het UP is niet eerder in het jaar opgesteld, maar het benodigde proces is wel in kaart gebracht om dit in 2023 voor het UP van 2024 wel op tijd te kunnen starten en te zorgen voor een uitvoerbaar UP. De nieuwe UHS en het UP zijn weliswaar nog niet opgesteld, maar de gesprekken die hiervoor nodig worden vinden al wel plaats.
Krapte op de arbeidsmarkt en achterstanden in de uitvoering (zie paragraaf 4.3 en 5.2) bemoeilijken de doorontwikkeling en het sluiten van de BIG-8.
Toekomstbestendig werken VVHH
In 2022 is er een begin gemaakt met het toekomstbestendig maken van de afdeling VVHH. Hierin worden verschillende actielijnen opgezet waarin interne en externe processen verder gestructureerd worden, kennis en ontwikkeling centraal worden gezet en gekeken wat de gewenste teamindeling is. De collega’s worden hierbij betrokken in verschillende actielijnen. Dit wordt verder opgepakt en uitgerold in 2023.
Versterking Gelders Stelsel van Omgevingsdiensten
Provincie Gelderland, de Gelderse gemeenten en de Gelderse omgevingsdiensten zijn in juli 2022 een traject gestart om de VTH-uitvoering in Gelderland te versterken. Adviesbureau Lysias heeft een onderzoek uitgevoerd en in kaart gebracht wat de verschillende partijen in het Gelders Stelsel van Omgevingsdiensten nodig vinden om het stelsel te versterken. Het onderzoek was in januari 2023 klaar. Hoe de tweede fase van het traject er precies uitziet, wordt duidelijk in 2023. In de tweede fase moeten de partijen concrete stappen zetten om het stelsel te versterken. De aanbevelingen van de Commissie van Aartsen worden uitgewerkt in het interbestuurlijk programma (IBP) Versterking VTH-stelsel. Wij betrekken deze uitwerking bij ons eigen traject.