Ontgrondingen
Ontgrondingen (de Ontgrondingenwet)
De uitvoering van de Ontgrondingenwet (Ogw) is gericht op het toetsen en afwegen van alle belangen die voortvloeien uit een ontgronding/afgraving. Ook geven we uitvoering aan het provinciaal ontgrondingenbeleid bij zand- en kleiwinningen zoals vastgelegd in het “Beleidsplan zand- en kleiwinning Gelderland” van 6 december 2006. Het PS-besluit over baggeren, verwerken en bergen (PS2020-518) hebben we in onze werkwijze geïmplementeerd.
Door COVID-19 is de economie behoorlijk onder druk komen te staan, maar toch waren er evenveel, zo niet meer ontgrondingsinitiatieven. We hebben in 2021 gemerkt dat er zowel landelijk als regionaal is ingespeeld op de bouwstoffen die nodig zijn voor de bouw van nieuwe woningen.
Door de stikstofproblematiek was de situatie onduidelijk en kregen we veel vragen over het kunnen starten met ontgravingen. Ook was meer maatwerk en afstemming nodig om tot een vergunning te komen. De werkvoorraad en de werkdruk liepen daardoor behoorlijk op.
Ontgrondingen zijn uitdrukkelijk genoemd in de gebiedsgerichte uitwerking van de omgevingsvisie “Panorama Gelderse Rivieren” om een rol te spelen in het behalen van de rivierdoelen. Deze visie geeft onder andere invulling aan een sturend, richtinggevend ontgrondingenbeleid. Mede daarom is er behoefte aan een actualisatie van het ontgrondingenbeleid. Hiermee zal in 2022 een aanvang worden gemaakt.
Vooroverleg en aansturen worden steeds belangrijker, ook in het licht van de nieuwe Omgevingswet. Hierin wordt de proceduretijd flink verkort en wordt participatie met omgeving en stakeholders steeds belangrijker. We hebben hiermee inmiddels veel ervaring opgedaan.
Ook helpen we initiatiefnemers met informatie over het vergunningverleningsproces en geven we zo nodig advies over de procedure. Bij grootschalige complexe zandwinningen is dit een intensief traject. Dit soort ontgrondingen moeten voldoen aan ons provinciale natuur- en ontgrondingenbeleid. Daarom kijken we wat de maatschappelijke meerwaarde is van een ontgronding en bijbehorende inrichting. We beoordelen of de ontgronding het gebied ruimtelijk en ecologisch verbetert, en of deze voldoende invulling geeft aan de geplande functies in het gebied met een maatschappelijke meerwaarde. Zand- en kleiwinningen gaan nagenoeg altijd gepaard met grootschalige gebiedsontwikkelingen waarbij door functiekoppeling(en) ook provinciale (natuur)doelen en ambities behaald kunnen worden. Bij dergelijke grote ontgrondingen is altijd de uitgebreide m.e.r.-procedure van toepassing. De interne en externe coördinatie en afstemming met de Commissie voor milieueffectrapportage is dan ook onderdeel van de werkzaamheden.