Grondwaterbescherming
Europees en landelijk kader
Grondwater is in Gelderland de belangrijkste bron voor drinkwater. Grondwaterbescherming is gericht op een betrouwbare drinkwatervoorziening en een zorgvuldig gebruik van de ondergrond. De provincie is op grond van de Wet milieubeheer (Wm) verantwoordelijk voor de kwaliteit van het grondwater dat wordt gebruikt voor de openbare drinkwatervoorziening. De eigenaar van een drinkwaterbedrijf (zoals Vitens) is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het drinkwater dat aan consumenten of andere afnemers beschikbaar wordt gesteld. De kwaliteit van het proceswater binnen de grondwaterbedrijven/gebruikende bedrijven moet voldoen aan onder meer de bepalingen in de Wm. Dit valt onder de verantwoordelijkheid van de Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T) en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA).
Op basis van de Meststoffenwet is het verboden om buiten het mestseizoen mest uit te rijden. Op basis van de Wet op gewasbeschermingsmiddelen en biociden is het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen beperkt.
Provinciaal beleid
Wij beschermen de kwaliteit van het grondwater, voordat het wordt onttrokken aan de bodem. In de Wet milieubeheer (Wm) staat dat Provinciale Staten in een verordening regels opneemt om de kwaliteit van het grondwater te beschermen met het oog op de waterwinning. Daarom hebben wij op basis van de Omgevingsverordening Gelderland 45 grondwaterbeschermingszones aangewezen. In de grondwaterbeschermingszones zijn activiteiten verboden die een risico op kunnen leveren voor vervuiling van het grondwater. De grondwaterbeschermingszones zijn ingedeeld in:
- beschermingsgebieden zeer kwetsbaar voor verontreiniging;
- beschermingsgebieden kwetsbaar voor verontreiniging;
- beschermingsgebieden weinig kwetsbaar voor verontreiniging.
We streven naar een duurzaam gebruik van de ondergrond. We zoeken naar een balans tussen het benutten van de kansen die de ondergrond biedt en het behouden van de waarde van de ondergrond voor toekomstige generaties. Doel is te komen tot een integrale, efficiënte en duurzame benutting zonder onomkeerbare gevolgen voor de ondergrond. Dit betekent dat we afwegen wat op een bepaalde plek in de ondergrond of bovengronds wel of niet mag. Door bescherming van de kwaliteit van het grondwater waarborgen we dat ook op de lange termijn het grondwater op een eenvoudige wijze kan worden gebruikt. Zowel voor de bereiding van drinkwater als voor overige vormen van menselijke consumptie.
We sturen op een veerkrachtig en duurzaam water- en bodemsysteem. Dit bestaat uit bodem en ondergrond, grondwater en oppervlaktewater. Een veerkrachtig en duurzaam water- en bodemsysteem draagt bijhelpt mee aan een optimale en duurzame inrichting van Gelderland. Daarnaast is het belangrijk dat het water- en bodemsysteem duurzaam is en ook in de toekomst kan blijven functioneren tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten.
Aanvullend op het rijksbeleid is het op basis van de Omgevingsverordening het verboden om in een waterwingebied mest uit te rijden en gewasbeschermingsmiddelen of biociden te gebruiken; in het grondwaterbeschermingsgebied is dit beperkt toegestaan.
Risico’s
Risico’s bij activiteiten buiten inrichtingen:
De grootste risico’s voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater van activiteiten buiten inrichtingen zijn:
- dumpen/storten/lozen;
- niet melden van activiteiten buiten inrichtingen;
- verboden activiteit buiten inrichtingen: bodemenergiesystemen en boringen;
- verboden activiteit buiten inrichtingen: gebruik gewasbeschermingsmiddelen;
- niet aanvragen ontheffing;
- verboden activiteit buiten inrichtingen: bouwen;
- verboden activiteit buiten inrichtingen: niet naleven voorschriften.
Illegale activiteiten in grondwaterbeschermingszones hebben (in volgorde van risico) het grootste effect bij:
- de zeer kwetsbare beschermingsgebieden;
- de kwetsbare beschermingsgebieden;
- de minder kwetsbare winningen, boringvrije en KWO-vrije zones;
- de overige beschermingsgebieden.
Voldoende toezicht op de verbodsbepalingen ten aanzien van grondwaterbescherming in de kwetsbare en zeer kwetsbare gebieden helpt bij het voorkomen van vervuild grondwater en de daarbij behorende bestuurlijke risico’s. Vervuiling leidt tot extra zuiveringsinspanning, dus tot extra kosten en energiegebruik. Ook de bescherming van de bodem staat dan onder druk.
De kans op constatering van overtredingen is relatief laag, omdat dit vaak alleen op heterdaad kan.
Ter bescherming van het grondwater nemen wij in onze Omgevingsverordening (rechtstreeks werkende) regels voor activiteiten buiten inrichtingen op. Voor de handhaving op deze regels is GS het bevoegd gezag.
Risico’s bij bedrijven
Bedrijven kunnen door hun activiteiten de bodem en het grondwater verontreinigen. In onze Omgevingsverordening hebben wij daarom voorschriften opgenomen over grondwaterbescherming die door het bevoegd gezag in de vergunning moeten worden opgenomen. Het bevoegd gezag voor dat bedrijf is verantwoordelijk voor de uitvoering en wij hebben hier beperkte invloed op vanuit onze VTH-taken. Dit vraagt van ons vooral inzet van stimulerende instrumenten, zoals advisering over plannen en voorlichting aan de gemeenten en omgevingsdiensten.
In dit VTH-beleid gaan we verder alleen in op de activiteiten buiten inrichten, waar wij direct invloed op kunnen uitoefenen.
Basis uitvoeringsniveau toezicht buiten inrichtingen.
We beschermen de kwaliteit van het te onttrekken grondwater met de beschermingszones. Ons belangrijkste instrument hierbij is de Omgevingsverordening, met de daarin opgenomen instructieregels en direct werkende regels voor bedrijven en activiteiten als het aanleggen van leidingen, het toepassen van meststoffen en warmtetoevoeging. Wij hanteren deze instructieregels net als gemeenten bij de verlening van omgevingsvergunningen binnen een grondwaterbeschermingszone.
De provincie houdt toezicht in beschermingsgebieden voor grondwater op activiteiten buiten inrichtingen. We behandelen meldingen en aanvragen voor ontheffingen voor activiteiten binnen grondwaterbeschermingszones. Net als bij het kwantitatief grondwaterbeheer (zie 3.3) streven we naar een bescherming van het grondwater voor menselijke consumptie.
Door fysieke controles en gerichte toezichtvluchten (gebiedscontroles) houden wij toezicht op illegale activiteiten in grondwaterbeschermingsgebieden De frequentie van de toezichtbezoeken hangt af van de kwetsbaarheid van het grondwaterbeschermingsgebied (o.a. in samenhang met bodemopbouw), de ontwikkelingen en het landgebruik.
Naast bovengenoemde controles houden wij ook controles naar aanleiding van meldingen, klachten of intensieve ontwikkelingen in het gebied. Wij besteden hier ook aandacht aan in de gebiedscontrole.
Ook toezicht op het uitrijden van mest draagt bij aan het beschermen van de grondwaterkwaliteit in grondwaterbeschermingszones. De controles hierop worden gecombineerd met reguliere gebiedscontroles, op de grond en vanuit de lucht.
Beleidsspeerpunt
Het voorkomen van grondwatervervuiling in grondwaterbeschermingszones bij (1) parkeerplaatsen zonder bodembeschermende voorzieningen en (2) gewasbestrijding is niet opgenomen in het basis uitvoeringsniveau. Hier worden wel grote risico’s voor het grondwater geconstateerd.