Inleiding
Het jaarverslag
De provincie verleent vergunningen aan bedrijven en organisaties (waarvoor we bevoegd gezag zijn), ziet toe op naleving van wetten en zorgt indien nodig voor handhaving. Jaarlijks stellen Gedeputeerde Staten het Uitvoeringsprogramma vergunningverlening, toezicht en handhaving (UP-VTH) vast. Hierin staat wat de prioriteiten zijn voor VTH van de omgevingsvergunningen (milieu en bouw), vuurwerk, natuur, (zwem)water, ontgrondingen, bodem, luchtvaart, de Omgevingsverordening (grondwaterbescherming en stilte) en storten buiten inrichtingen. De VTH-taken worden uitgevoerd door de omgevingsdiensten (ODRA en ODRN) en de provinciale afdeling Vergunningverlening en Handhaving (VVHH).
In dit jaarverslag beschrijven we de resultaten van ons UP-VTH 2020. We blikken terug op het afgelopen jaar: de mate waarin we de activiteiten uit het uitvoeringsprogramma hebben uitgevoerd en hoe we hebben bijgedragen aan de doelstellingen uit het VTH-beleid. Ook laten we zien in hoeverre we de kritische prestatie-indicatoren (KPI’s) hebben gehaald. Indien nodig stellen we veranderingen van het beleid voor. Het jaarverslag is vastgesteld door Gedeputeerde Staten (GS) en ter kennisname aan Provinciale Staten (PS) gestuurd.
In wettelijke regelingen en de Verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving provincie Gelderland, staan eisen waaraan het jaarverslag voor de Wabo-taken (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) moet voldoen. Deze plicht geldt niet voor de niet-Wabo-taken. Toch passen we ook op deze taken de methode van deze eisen zo veel mogelijk toe.
In het jaarverslag beschrijven we:
- of de in het jaarprogramma opgenomen activiteiten zijn uitgevoerd;
- of het niveau van toezicht minimaal op basisniveau is uitgeoefend;
- de resultaten van uitgevoerde projecten;
- de uitvoering in relatie tot onze prioriteiten;
- hoe de samenwerking met andere (handhavende) partners verloopt;
- of we de kwaliteit van onze processen op orde hebben;
- de bijdrage aan de VTH-doelen uit het VTH-beleid en het coalitieakkoord;
- voorstellen voor aanpassen van het beleid of de VTH-uitvoering (sluiten beleidscyclus).
De belangrijkste ontwikkelingen in 2020 met invloed op onze VTH taken
COVID-19
De uitbraak van COVID-19 had uiteraard ook invloed op de manier waarop we de VTH-taken uitvoerden. Dit was vooral het geval bij toezicht: fysieke controles waren niet altijd mogelijk of er moesten aanpassingen worden gedaan. Controles zijn zo veel mogelijk van achter het bureau op administratieve verplichtingen gedaan. We kregen vooral minder aanvragen voor toestemmingen en vergunningen voor vuurwerkevenementen. COVID-19 zorgde er ook voor dat een deel van de geplande opleidingen niet door kon gaan, , zoals ‘indirecte lozingen’ voor vergunningverleners van de ODRN. Onder andere hierdoor gaven we minder geld uit dan verwacht.
Klachten en meldingen
We ontvingen veel meer klachten en meldingen ten opzichte van vorige jaren.
Door COVID-19 werkten meer mensen thuis. De natuur werd vaker bezocht. Men keek meer om zich heen en meldde mogelijke misstanden.
De stikstofproblematiek
In mei 2019 deed de Raad van State uitspraak over het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Door de uitspraak mag het PAS niet langer gebruikt worden als basis om toestemming te verlenen voor activiteiten die leiden tot een stikstoftoename in natuurgebieden. Ook zijn vrijstellingen vervallen, zoals voor beweiden en bemesten. Hierdoor kwam de vergunningverlening voor veel sectoren, en daarmee ook de uitvoering van veel projecten stil te liggen. De provincie werkt sindsdien samen met het Rijk en de andere provincies aan oplossingen voor de korte, middellange en lange termijn: een nieuw afwegingskader om toestemming te verlenen, te zorgen dat projecten voldoen aan de regels en te kijken welke de hoogste prioriteit hebben.
Situaties en gebieden verschillen van elkaar en vragen steeds een eigen benadering. In het programma Gelderse Maatregelen Stikstof (GMS) werkten we aan het oplossen van het stikstofprobleem met partijen uit de bouw, industrie, landbouw, mobiliteit, natuur (terrein beherende organisaties), waterschappen en gemeentelijke regio’s.
Het GMS heeft 3 sporen: vergunningverlening, bron- en natuurmaatregelen, en stikstof en ruimte. Om de vergunningverlening weer op gang te helpen hebben we de Beleidsregel intern en extern salderen vastgesteld (10 december 2019, gewijzigd op 23 juni en 23 september 2020). In deze beleidsregel staat op welke manier we (wel of geen) natuurvergunningen verlenen. Vergunningverlening voor stikstof gerelateerde activiteiten was weer beperkt mogelijk. De activiteiten mogen de stikstofuitstoot niet verhogen. Van tevoren moet worden aangetoond dat uitstoot en neerslag afnemen of in ieder geval niet stijgen. Projecten die wel effect hebben op de natuur, die van groot maatschappelijk belang zijn en waarvoor geen alternatief is, kunnen gebruik maken van de ADC-toets en de effecten compenseren. In de praktijk bleek de beleidsregel ingewikkeld te zijn, waardoor aanvragen vaak niet compleet waren en we om aanvullende informatie moesten vragen. Doordat natuurvergunningen (nog) niet konden worden verleend is er een flinke achterstand bij vergunningverlening voor natuur ontstaan en hebben ook vergunningprocedures voor milieu en/of bouwaspecten vertraging opgelopen. In paragraaf 12.1 leest u verder waarom de achterstand in vergunningverlening zo groot was en wat we eraan gedaan hebben om dit op te lossen.
Samen Sterk
We startten in 2020 met de voorbereidingen van Samen Sterk. Het doel is dat omgevingsdiensten én de provinciale afdeling VVHH de basis voor de uitvoering van VTH-taken op orde hebben en goed samenwerken. Dit geldt vooral voor de afstemming tussen milieu, BRIKS (bouwen, reclame, inritten, kap, sloop) en natuur. De uitvoerende diensten moeten meer ‘in control’ komen en zorgen voor een integrale voorbereiding van (bestuurs)besluiten. Alle relevante aspecten van vergunningverlening, toezicht en handhaving, gekoppeld aan Wabo en Wnb, moeten samen in beeld worden gebracht. Zo kan het geheel in één keer goed worden afgewogen. Dit vereist verdere samenwerking tussen de betrokken partijen. De basis is in 2020 gelegd:
- De aanpak wordt geleid door een ambtelijke stuurgroep. Deze heeft direct contact met GS. Het is een gezamenlijk stuurpunt op het hoogste ambtelijke niveau.
- Samen sterk werkt aan een dashboard om de stand van zaken van de VTH-uitvoering inzichtelijk te maken. Het dashboard krijgt meerdere niveaus:
- algemeen, met duidelijke indicatoren of en zo ja waar er sprake is van eventuele achterstanden
- wat gedaan is op het niveau van reguliere taken en programma’s, aan de hand van KPI’s
- bedrijfsniveau
- Samen Sterk zorgt voor een goede verbinding met de verschillende uitvoeringsprogramma’s zoals complexe vergunningverlening, aandachtsbedrijven en complexe handhaving.
Afstemming tussen vergunningverlening Wabo (ODRN) en natuur (VVHH provincie) kreeg in 2020 steeds meer vorm. Dit is belangrijk omdat beide procedures gecoördineerd moeten verlopen om een integrale afweging te kunnen maken. In 2020 zijn ook de nodige stappen gezet om een betere verbinding te krijgen tussen Wabo-vergunningverlening (ODRN) en toezicht en handhaving (ODRA). Zo zijn nieuwe werkafspraken tussen ODRN en ODRA gemaakt over het actueel houden van het inrichtingenbestand en elkaar informeren bij veranderingen, de overdracht van bevoegd gezag en afstemming op het gebied van Bouwtoezicht. Ook is afgesproken de toezichthouders op tijd te betrekken bij vergunningenprocedures voor de handhaafbaarheidstoets.
Implementatie Omgevingswet
In 2020 werd door het kabinet besloten om de inwerkingtreding van de omgevingswet opnieuw uit te stellen tot 1 januari 2022. De belangrijkste redenen daarvoor waren de problemen met de inrichting en oplevering van het Digitale Stelsel Omgevingswet (DSO). Het DSO is het stelsel van het Omgevingsloket, de achterliggende systemen en de lokale systemen van overheden. Het DSO biedt een digitaal loket waar initiatiefnemers en betrokkenen snel kunnen zien wat er mag in de fysieke leefomgeving.
In het UP voor 2020 stond dat we voor de implementatie van de Omgevingswet gaan werken aan drie sporen (1: wet en kaderstelling, 2: digitalisering, 3: anders werken). Het uitstel heeft ertoe geleid dat activiteiten die waren gepland voor 2020 deels zijn opgeschoven naar 2021. Hieronder volgt een korte beschrijving van wat er in 2020 wel is gedaan:
- We rondden de juridische impactanalyse af.
- We weten nu welke inhoudelijke en procedurele veranderingen de Omgevingswet met zich meebrengt.
- We zorgden voor een koppeling van ons digitale systeem met het Digitale stelsel Omgevingswet (DSO). Daarnaast bereidden we ons voor op het anders werken.
We startten het overleg met in- en externe partners om tot goede afspraken tot samenwerking en afstemming in de procedures te komen.